Welke merken reden ze in 1928?
De statistiek van auto's en motoren
Toen in 1927 de Wegenbelasting werd ingevoerd kon het Centraal Bureau van de Statisiek gaan onderzoeken wat er zoal op de Nederlandse wegen rondreed. Op 1 januari 1928 telde het CBS 95.883 motorvoertuigen: 413 rijwielen met hulpmotor, 19.503 motorrijwielen, 46.030 personenauto's, 3.094 autobussen en 26.813 vrachtwagens. De eigenaren van 43% van de motorvoertuigen woonden in 26 gemeenten, een kleine 57% in de overige 1053. In 11 gemeenten was er nog geen motorvoertuig geregistreerd. Ook de meest populaire merken werden geteld.
Ruim 11.000 van de bijna 18.000 motoren waren van de merken:
Indian - 3.169
Harley-Davidson - 2.872
Douglas - 1.943
Gillet - 1.102
F.N. - 1.071
Saroléa 1.011
Onder de personenwagens was de top 9:
Ford - 12.541
Chevrolet - 5.407
Citroen - 2.668
Fiat - 1.954
Renault - 1.927
Buick - 1.651
Studebaker - 1.485
Overland - 1.410
Essex - 1.199
Onder de autobussen was vooral de Ford populair, op grote afstand gevolgd door Chevrolet, Renault en Latil. Bij de vrachtwagens ging juist Chevrolet sterk aan de leiding, de andere meest populaire merken waren Fordson, Renault, White, Hansa Lloyd en Benz. Maar die bleven ver achter bij de koploper.
Bron: Het Vaderland van 12 januari 1929
Met dank aan JP de Jong voor de tip.
Reageer