In de collectie van Hans Compter in Nieuw-Zeeland bevindt zich een zeer interessante en originele Rolls Royce. Hij kocht de auto in 1977 van de tweede eigenaar, G.G. Spier uit Tilburg. Compter is daarmee de derde eigenaar van dit imposante monster.

Het is een model 1919/20 40/50 pk met een zeer grote transformabele Nederlandse limousine carrosserie, gebouwd door Van Rijswijk in Den Haag. Het is een speciaal op bestelling gebouwd 6 meter lang chassis en in limousine -uitvoering weegt de wagen bijna vier ton. Het is de erkend grootste auto in dit land. De gehele bovenkant kan er af en de unieke auto kan dan in een open tourer getransformeerd worden. Het nationaliteitsbewijs dateert van 28 september 1925.

De “koetsbouwersfoto” is genomen op de dag van levering aan de eerste Nederlandse eigenaar F. Adolf van den Bergh Jr., oorspronkelijk uit Krabbendam [correctie: zie reacties hieronder. Redactie], daarna directeur van de AaBee wollendekenfabrieken te Tilburg. Een tweede foto uit 1985 toont kogelgaten in de carrosserie. Die waren ontstaan tijdens de Tweede Wereldoorlog. Bij een nachtelijk luchtgevecht tussen een Spitfire en een Messerschmitt werd de auto, die verborgen was in een oude schuur in de buurt van Moergestel, ongeveer 15 keer geraakt.

De Rolls Royce is in 1983 met de heer Compter mee verhuisd naar Nieuw-Zeeland, waar hij nu deel uitmaakt van de museumcollectie van zeldzame auto's van de familie.

De gegevens van dit verhaal komen, met toestemming van de auteur, uit het artikel van  Hans Compter, De “Story” van de vijf Rollsen, in het tijdschrift van de Historische Automobielen Vereniging.

Lees ook: De Silver Ghost van AaBe. Een vorstelijk voertuig

Noot van de redactie

Naar aanleiding van de opmerking van Aarnout (zie hieronder), waarvoor dank, hebben we verder gezocht. Op de afleverbon van Rolls Royce, in zijn geheel te zien bij het andere verhaal over deze auto staat: Sold to W [correctie: Mr. Met dank aan Hermen van Oldeneel. Redactie] Van den Bergh Krabbendam, Tilburg Holland. Op de combinatie Bergh en Krabbendam vinden we voor 1932 geen nummerbewijs en ook niet op BeKa, een wollenstoffenfabriek, waarvan de naam een samentrekking van Van den Bergh Krabbendam is.

Anderzijds is de offerte van carrosseriebouwer Van Rijswijk (bron: Frans Kense, Een Rolls-Royce als amfibievoertuig, Geheugen van Tilburg) voor deze auto wel aan Adolf van den Bergh te Moergestel gericht. We zijn benieuwd of iemand dit kan verklaren.