Aanvullende informatie

In 1944-1946 was in het bevrijde deel van Nederland het Militair Gezag (MG) actief. De taak waarvoor het Militair Gezag in bevrijd Nederland gesteld werd, was drieledig. In de eerste plaats was het Militair Gezag handhaver van de openbare rust en orde. Verder was het belast met het onderhouden van de verbindingen tussen de Nederlandse civiele organen en de geallieerde legerautoriteiten. Ten slotte fungeerde het als voorpost van de Nederlandse regering.

Omdat vervoermiddelen schaars waren werden er veel auto's gevorderd. Niet alleen voor het MG zelf en de Binnenlandse Strijdkrachten, ook anderen deden een beroep op de organisatie om een auto of zelfs onderdelen ter beschikking gesteld te krijgen.

Op 15 februari 1945 stuurt de Chef Staf van Commando Zuid van de Stoottroepen Nederlandse Binnenlandse Strijdkrachten (NBS) een verzoek aan de Transportofficier van de Districts Militaire Commissaris in Eindhoven, met verzoek om teruggave van de autobanden van de Ford bestelwagen van J. Reijs uit Haps. Die had in november 1944 zijn voertuig beschikbaar gesteld aan de NBS, maar de wielen en banden zijn later overgezet op de Adler, bouwjaar 1939, van zijn zwager Polman. En die auto zou bij het Militair Gezag in gebruik zijn. Ze zouden de onderdelen intussen graag weer terug ontvangen.

Veel heeft het verzoek blijkbaar net opgeleverd, want op 6 mei 1945 volgt nog eens een herhaald verzoek, waarin ook nog wordt verwezen naar een brief van 5 maart. Op de brief van 6 mei staat weinig hoopgevende een potloodaantekening: Postkamer niets bekend.

Bron: Brabants Historisch Informatie Centrum, toegangsnummer 127 Militair Gezag in Noord-Brabant, 1944 - 1946, inv. nr. 430, scans 73 en 76